Rassenstandaard Australische Labradoodle

Een goed karakter en gehoorzaamheid zijn twee zeer belangrijke eigenschappen voor een goede familie-hond; geen van beiden moet verloren gaan, onder geen enkele omstandigheid.

Voorkomen:

Moet athletisch en gracieus zijn en tegelijkertijd compact met een degelijke en gemiddelde botstructuur. Vrolijk en energiek wanneer de hond los is, zacht en stil wanneer geluisterd moet worden. Ze moeten mensen begroeten op een vrolijke, vriendelijke manier met oogcontact, en zijn slim en gemakkelijk te trainen.

Maat:


Standaard:56 tot 66 cm (22" tot 26")
Gewicht tussen 25kg en 40kg.
Medium:46 tot 53 cm (18" tot 21")
Gewicht tussen 15kg en 25kg.
Miniatuur:33 tot 43 cm (13" tot 17")
Gewicht tussen 10kg tot 20kg.

Vacht:

Vachtlengte moet ongeveer tussen de 4 en 6 inches (10cm en 15cm) lang zijn. Bovendien moet de vacht steil, golvend of gevormd in kleine spiralen zijn. Het moet niet te dik of dicht zijn of te pluizig of te donzig. De vacht moet een enkele vacht zijn. Elk teken van een ondervacht, dubbele vacht, is een fout.

Harig:

Dit is een tijdelijke vacht in de Australische Labradoodle en moet weggekruist worden. Dit is een haarverliezende vacht en kan verharen in verschillende mate en kan er verschillend uitzien: van dunne beharing op de benen en een erg behaard gezicht tot een volledige ruwharige vacht. Het maakt niet uit hoeveel haar verhaard wordt, een vacht die verhaart wordt beschouwd als een harige vacht.

Fleece:

Dit is een erg zachte vacht die qua textuur erg dicht in de buurt komt van dat van de Angora-geit. Het is een niet-verharende vacht en kan of een steile, golvende "look" hebben of een zachte, spiralende krullen "look". Deze vacht is gemakkelijk bij te houden en wordt erg geliefd.

Wollen:

Deze vacht doet denken aan de vacht van een schaap qua textuur. Dit is een niet-verharende vacht en kan een losse spiralen "look" hebben die gemakkelijk naar de huid opent, een dichte, gesloten, krullende "look" of een dikke en erg gesloten, steile "look". Het wordt aangeraden om weg te kruisen van de dikke en gesloten wollen vacht aangezien die een erg hoge onderhoudsfactor hebben ten opzichte van de losse spiralen vacht.

Lichaam:

De hoogte tot lengte ratio zou 10 tot 12 moeten zijn (zijnde iets langer in het been dan in het lichaam) maar nog steeds compact ogend. De schouders moeten een goede hoek hebben en degelijke ellebogen. Rechtopstaande schouders zijn een fout. De achterhand moet van een gemiddelde hoek zijn met korte sterke spronggewrichten. De beweging tijdens het draven moet sterk zijn, met een goed bereik en dynamiek, met de aanblik van 'ergens heen te gaan'. Wanneer ze vrij zijn of spelen zullen ze de grond licht bekijken. De hoogste lijn moet stil blijven met een sterke lende en achterhand. Het zijn galloperende honden, dus moeten de flanken oprijzen uit een diepe borst, en goed oprijzende ribben.

Staart:

Een laaggeplaatste en sabelachtige staart wordt verkozen, maar een hooggeplaatste 'vrolijke' staart wordt toegestaan. Buidelrat-staarten of theepot handvat-achtige staarten zijn fouten. Gewatteerde of zware staarten zijn tevens fouten.

�2005 Labradoodle Association of Australia

Home